Het Bessemer-proces is een methode voor de staalproductie die in 1856 door Henry Bessemer werd uitgevonden. Het is een industrieel proces voor de productie van staal uit gesmolten ruwijzer.
Belangrijke innovaties van het Bessemer-proces omvatten het gebruik van een Bessemer-converter, een groot vat bekleed met vuurvast materiaal, waarin gesmolten ruwijzer wordt gegoten. Vervolgens wordt perslucht door het gesmolten ijzer geblazen, waardoor de onzuiverheden in het ijzer reageren met de zuurstof in de lucht en een slak vormen die gemakkelijk kan worden verwijderd. Het proces produceert staal dat sterker, goedkoper en veelzijdiger is dan het smeedijzer dat voorheen werd gebruikt, wat een revolutie teweegbrengt in industrieën zoals de scheepsbouw, spoorwegen en de bouw.