Welke wapens gebruikten de Navajo-indianen?

Boog en pijlen: Navajo-krijgers waren bekwame boogschutters, en pijl en boog waren een belangrijk wapen voor jacht en oorlogsvoering. De boog was meestal gemaakt van hout, pezen en ongelooide huid, en de pijlen waren gemaakt van rietschachten met stenen of metalen punten.

Speren en lansen: Speren en lansen werden ook door de Navajo gebruikt, voornamelijk voor gevechten van dichtbij. De speer bestond uit een lange houten schacht met een scherpe stenen of metalen punt, terwijl de lans vergelijkbaar was, maar doorgaans langer en zwaarder.

Clubs en knotsen: Knuppels en knotsen werden gebruikt voor gevechten van dichtbij. Knuppels waren meestal gemaakt van hout, steen of gewei, terwijl knotsen waren gemaakt van hout of steen met een zware kop.

Messen en dolken: Messen en dolken werden voor verschillende doeleinden gebruikt, waaronder de jacht, oorlogsvoering en alledaagse taken. Messen waren meestal gemaakt van steen of metaal, terwijl dolken kleiner en beter te verbergen waren.

Geweren: Na de komst van de Spanjaarden in de 16e eeuw begonnen de Navajo wapens te verwerven, zoals musketten en geweren. Geweren werden al snel een primair wapen voor jacht en oorlogsvoering.

Schilden: Schilden werden gebruikt ter verdediging tegen pijlen, speren en andere wapens. Schilden waren meestal gemaakt van hout, ongelooide huid of een combinatie van materialen.