1. Geweldloosheid en Satyagraha:Gandhi pleitte krachtig voor geweldloosheid (ahimsa) en burgerlijke ongehoorzaamheid (satyagraha) als middel om politieke en sociale verandering te bewerkstelligen. Zijn toewijding aan geweldloos protest en burgerlijke ongehoorzaamheid toonde een diepe ethische toewijding aan het oplossen van conflicten met vreedzame middelen in plaats van zijn toevlucht te nemen tot geweld.
2. Waarheidsgetrouwheid en integriteit:Gandhi hechtte veel waarde aan waarachtigheid en eerlijkheid. Zijn toewijding aan de waarheid kwam tot uiting in zijn beroemde uitspraak:'Alleen de waarheid zal blijven bestaan, de rest zal worden weggevaagd.' Hij geloofde dat waarachtigheid essentieel was voor persoonlijke en maatschappelijke integriteit.
3. Gelijkheid en rechtvaardigheid:Gandhi vocht voor sociale rechtvaardigheid en gelijkheid, vooral voor de gemarginaliseerde en onderdrukte gemeenschappen in India, inclusief de onaanraakbaren (Dalits) en vrouwen. Zijn toewijding aan sociale gelijkheid was een voorbeeld van zijn ethische toewijding aan een samenleving die vrij is van discriminatie en onrechtvaardigheid.
4. Tolerantie en respect:Gandhi benadrukte het belang van tolerantie en respect voor verschillende religies en culturen. Zijn filosofie van geweldloosheid en eenheid overstijgt religieuze grenzen en riep op tot harmonieus samenleven tussen diverse groepen.
5. Nederigheid en zelfdiscipline:Gandhi's persoonlijke gedrag belichaamde nederigheid en zelfdiscipline. Hij leidde een eenvoudige en sobere levensstijl, waarbij hij zich onthield van materiële bezittingen en luxe. Zijn ethische principes waren geworteld in een verlangen naar persoonlijke groei en bevrijding van aardse verlangens.
6. Leiderschap door het goede voorbeeld te geven:Gandhi's leiderschap werd gekenmerkt door zijn bereidheid om het goede voorbeeld te geven. Hij toonde moed en overtuiging in zijn daden en inspireerde anderen om zijn principes te volgen en zich aan te sluiten bij zijn geweldloze beweging voor verandering.
7. Dienstbaarheid en opoffering:Gandhi geloofde in onzelfzuchtige dienstbaarheid aan de samenleving. Zijn toewijding aan het grotere goed en zijn bereidheid om zijn persoonlijk welzijn op te offeren voor de zaak van de Indiase onafhankelijkheid weerspiegelden een diepgaande ethische toewijding aan de verbetering van de samenleving.
8. Compassie en empathie:Gandhi's ethische principes werden ondersteund door compassie en empathie voor het lijden van anderen. Zijn handelen werd geleid door een oprechte zorg voor het welzijn van alle individuen, ongeacht hun sociale status of achtergrond.
Over het geheel genomen toont de film "Gandhi" een opmerkelijk scala aan ethische waarden, waarbij de kracht van geweldloosheid, waarachtigheid, rechtvaardigheid, gelijkheid en mededogen wordt benadrukt bij het teweegbrengen van positieve sociale en politieke verandering.