Suitestructuur:
"The Carnival of the Animals" is opgebouwd als een instrumentale suite, bestaande uit veertien korte delen, die elk een ander dier of een andere groep dieren vertegenwoordigen. Deze bewegingen zijn verbonden door terugkerende muzikale thema’s, waardoor een gevoel van eenheid en samenhang ontstaat.
a) Inleiding en Mars van de Leeuw:
De suite opent met een majestueuze introductie, met de vorstelijke 'Lion's March'. Dit deel zet de toon voor de hele suite, met krachtig koperwerk en percussie die de nobele en krachtige aanwezigheid van de leeuw benadrukken.
b) Koninklijke Mars van de Leeuwen:
Het tweede deel toont een meer majestueuze processie, waarbij de grootsheid van de 'Royal March' wordt versterkt door de toevoeging van lyrische strijkersmelodieën en een stijgende kopersectie.
c) Kippen en hanen:
In dit deel verbeeldt Saint-Saëns op komische wijze het kakelende en klapperende kippen en het levendige, uitbundige kraaien van hanen. Het gebruik van pizzicato-snaren imiteert effectief het staccato pikken en krabben van deze gevederde wezens.
d) Ezels:
Het ondeugende en speelse karakter van ezels wordt verbeeld door middel van een eigenzinnige en levendige melodie, ondersteund door een gestage ritmische begeleiding.
e) Schildpadden:
Een langzaam, weloverwogen tempo en sierlijke melodieën kenmerken deze beweging, die perfect het langzame en gestage tempo van schildpadden belichaamt.
f) De olifant:
De logge en majestueuze aard van de olifant wordt vastgelegd in een zware melodie, vaak gespeeld door lage strijkers en geaccentueerd door de basdrum.
g) Kangoeroes:
In dit deel gebruikt Saint-Saëns snelle, hoppende melodieën en speelse staccatonoten om de levendige en energieke beweging van kangoeroes vast te leggen.
h) Aquarium:
De magische onderwaterwereld wordt weergegeven door middel van vloeiende arpeggio's en zachte harmonieën, waardoor een etherische sfeer ontstaat die een gevoel van maritieme rust oproept.
i) Personen met lange oren:
Deze beweging steekt op speelse wijze de draak met mensen met lange oren, vaak verwijzend naar ezels of konijnen, door middel van lichte en humoristische muzikale gebaren.
j) De koekoek in de diepten van het bos:
Een klarinet, die de roep van een koekoek imiteert, wordt begeleid door de glinsterende arpeggio's van een piano, die de essentie van een sereen bos vastleggen met het aparte geluid van de roep van de koekoek.
k) Volière (Volière):
De volière wordt tot leven gebracht door een vrolijke melodie, vaak gespeeld op de fluit of piccolo, die het vrolijke getjilp van verschillende vogels voorstelt.
l) Pianisten:
Dit deel is een satirisch commentaar op de buitensporige oefening en soms twijfelachtige vaardigheden van pianisten, met snelle, trapsgewijze toonladders en trillers.
m) Fossielen:
De 'Fossils'-beweging, een humoristische kijk op het eeuwenoude en stijve, bevat een skeletmelodie gespeeld op de xylofoon, begeleid door een ploeterende baslijn.
n) De Zwaan:
Een van de beroemdste en meest geliefde bewegingen, 'The Swan', straalt gratie, elegantie en diepe schoonheid uit. De cello, die de sierlijke bewegingen van een zwaan uitbeeldt, speelt zich af tegen een achtergrond van glinsterende arpeggio's, waardoor een sereen en onvergetelijk muzikaal moment ontstaat.
Conclusie:
"The Carnival of the Animals" is een meesterlijk vervaardigde compositie die op slimme wijze muzikale humor, levendige orkestratie en een vleugje humor combineert om luisteraars mee te nemen naar een grillige en levendige wereld. Elke beweging is een muzikaal portret, dat de unieke kenmerken van verschillende dieren vastlegt en levendige beelden oproept via de speelse en fantasierijke muzikale verhalen van Saint-Saëns.