Vroomheid :Men geloofde dat religie belangrijk was voor de ware vrouwelijkheid, omdat het moraliteit, zelfdiscipline en plichtsbesef bij vrouwen bijbracht
Zuiverheid :Dit betekende zowel seksuele als morele zuiverheid. Seksuele zuiverheid betekende kuisheid en maagdelijkheid. Morele zuiverheid omvatte bescheidenheid en fatsoen in gedrag, spraak en kleding.
Onderdanigheid :Deze deugd benadrukte dat vrouwen gehoorzaam en ondergeschikt aan hun echtgenoten moesten zijn.
Huiselijkheid Deze deugd benadrukte dat de plaats van vrouwen thuis is, en dat hun belangrijkste taken het verzorgen van het huishouden moeten zijn, het baren en opvoeden van kinderen, en het bieden van emotionele steun aan hun echtgenoten.