Cephalothorax:
- Het kopborststuk is het voorste deel van het lichaam van de schorpioen en is bedekt met een hard exoskelet.
- Het bestaat uit het hoofd en de thorax.
- Het hoofd is waar de hersenen, ogen en mond van de schorpioen zich bevinden.
- Schorpioenen hebben twee samengestelde ogen, die hen een breed gezichtsveld bieden, en verschillende eenvoudige ogen, waarmee ze licht en donker kunnen detecteren.
- De mond heeft een paar cheliceren (tangen) die worden gebruikt om prooien te grijpen en te verpletteren.
- Achter de cheliceren bevinden zich een paar pedipalpen, dit zijn gemodificeerde ledematen die worden gebruikt voor het vangen van prooien, verdedigings- en sensorische functies.
- De pedipalpen eindigen in een paar klauwen die gif kunnen injecteren.
- De thorax bestaat uit de eerste zes lichaamssegmenten en draagt vier paar looppoten.
Buik:
- De buik is het achterste deel van het lichaam van de schorpioen en bestaat uit 12 segmenten.
- De eerste zeven segmenten zijn breed en plaatvormig, terwijl de laatste vijf segmenten smaller en flexibeler zijn.
- Het telson, de staart, is het meest terminale segment van de buik en is waar de angel van de schorpioen zich bevindt.
- De angel wordt gebruikt om gif in prooien te injecteren en ter verdediging.