1. Fysieke verwering: Dit omvat de mechanische afbraak van rotsen zonder hun chemische samenstelling te veranderen. Enkele voorbeelden zijn:
* Frost -wigging: Water sijpelt in scheuren in rotsen, bevriest, breidt uit en legt druk op de rots, waardoor het uiteindelijk brak.
* Thermische expansie en samentrekking: Snelle temperatuurveranderingen kunnen ervoor zorgen dat rotsen zich uitbreiden en samentrekken, wat leidt tot scheuren en uiteindelijk fragmentatie.
* slijtage: Rocks wrijven tegen elkaar, dragen ze naar beneden en creëren kleinere stukken. Dit kan worden veroorzaakt door wind, water of gletsjers.
* wortelgewicht: Boomwortels die groeien tot scheuren in rotsen kunnen er druk op zetten en ervoor zorgen dat ze breken.
2. Chemische verwering: Dit omvat de afbraak van rotsen door chemische reacties die hun samenstelling veranderen. Enkele voorbeelden zijn:
* oxidatie: IJzer in rotsen reageert met zuurstof, waardoor ijzeroxide (roest) wordt gevormd, wat het gesteente verzwakt.
* Hydrolyse: Water reageert met mineralen in rotsen en breekt ze af in verschillende verbindingen.
* carbonatatie: Koolstofdioxide in de atmosfeer lost op in regenwater en vormt een zwak zuur dat sommige soorten gesteenten, zoals kalksteen, kan oplossen.
* Biologische verwering: Organismen, zoals korstmossen en bacteriën, kunnen zuren produceren die rotsen afbreken.
Verwering is een cruciaal proces in de rotscyclus, omdat het het sediment creëert dat nieuwe rotsen vormt. Het speelt ook een belangrijke rol bij het vormgeven van het aardoppervlak en het creëren van landvormen zoals canyons en valleien.