1. Analoge circuits en systemen:
a) Verklaar het werkingsprincipe van een differentiële versterker en analyseer de versterking en CMRR ervan.
b) Ontwerp een laagdoorlaatfilter van de tweede orde met behulp van een op-amp en bereken de afsnijfrequentie ervan.
c) Bespreek het concept van fasevergrendelde lussen (PLL) en hun toepassingen in frequentiesynthese.
2. Digitale elektronica:
a) Beschrijf de werking van een flip-flop en leg uit hoe deze kan worden gebruikt om een sequentieel circuit te ontwerpen.
b) Implementeer een 4-bits binaire opteller met behulp van logische poorten en analyseer de waarheidstabel ervan.
c) Leg het concept van geheugenhiërarchie uit en vergelijk verschillende soorten halfgeleidergeheugens.
3. Microprocessors en interfaces:
a) Schrijf een assembleertaalprogramma om een matrixvermenigvuldiging uit te voeren met behulp van de 8085/8086-microprocessor.
b) Koppel een 8-bit analoog-digitaalomzetter (ADC) aan een microcontroller en leg het proces van analoog-naar-digitaal-conversie uit.
c) Bespreek de interfacetechnieken voor het aansluiten van verschillende randapparatuur op een microcontroller, zoals LCD-schermen en sensoren.
4. Signalen en systemen:
a) Bepaal de representatie uit de Fourierreeks van een periodieke blokgolf en analyseer het frequentiespectrum ervan.
b) Leg het concept van convolutie uit en pas het toe om de uitkomst van een lineair tijdsinvariant (LTI) systeem te vinden.
c) Analyseer de stabiliteit van een discreet-tijdsysteem met behulp van het jurystabiliteitscriterium.
5. Elektromagnetische theorie:
a) Leid de vergelijkingen van Maxwell af en bespreek hun betekenis voor het begrijpen van elektromagnetische verschijnselen.
b) Leg het concept van een transmissielijn uit en analyseer de kenmerken ervan, zoals impedantie en reflectiecoëfficiënt.
c) Bespreek het principe van een antenne en zijn stralingseigenschappen, inclusief gerichtheid en versterking.
6. Vermogenselektronica:
a) Leg de werking van een thyristor uit en beschrijf de toepassingen ervan in vermogensregelcircuits.
b) Ontwerp een DC-DC-buck-converter en analyseer de spanningsregeling en efficiëntie ervan.
c) Bespreek het principe van een driefasige inductiemotor en leg uit hoe deze kan worden bestuurd met behulp van vermogenselektronische circuits.
7. Besturingssystemen:
a) Analyseer de stabiliteit van een regelsysteem met gesloten lus met behulp van Bode-grafieken en Nyquist-grafieken.
b) Ontwerp een PID-regelaar voor een feedbackregelsysteem en leg uit hoe dit de systeemprestaties verbetert.
c) Bespreek het concept van representatie van de toestandsruimte en de toepassing ervan in het ontwerp van besturingssystemen.
8. Communicatiesystemen:
a) Leg het concept van modulatie uit en beschrijf verschillende modulatietechnieken, zoals AM en FM.
b) Analyseer de prestaties van een digitaal communicatiesysteem in aanwezigheid van ruis en interferentie.
c) Bespreek het principe van multiplexing en de toepassingen ervan in communicatiesystemen.
Houd er rekening mee dat deze vragen slechts voorbeelden zijn en dat het eigenlijke examen verschillende vragen kan bevatten, afhankelijk van het leerplan en de syllabus van uw universiteit of onderwijsinstelling.