Shelley's roman suggereert verschillende kernboodschappen over de gevaren van leren zonder toezicht:
1. Het belang van ethische overwegingen:Frankensteins experimenten worden gedreven door zijn eigen egoïstische verlangen om leven te creëren, en hij houdt geen rekening met de ethische implicaties van zijn daden. Hij houdt geen rekening met de mogelijke gevolgen van het creëren van een bewust wezen, of hoe zo'n wezen in de samenleving zou kunnen worden geïntegreerd.
2. De noodzaak van voorzichtigheid en nederigheid:Frankenstein is arrogant en overmoedig in zijn capaciteiten, en dit leidt ertoe dat hij roekeloze fouten maakt. Hij neemt niet de tijd om zijn experimenten zorgvuldig te plannen en te testen, en hij negeert de waarschuwingen van anderen die meer ervaring hebben.
3. De mogelijkheid van onbedoelde gevolgen:Frankensteins experimenten hebben onbedoelde en rampzalige gevolgen, die hij niet had kunnen voorzien. Het monster dat hij creëert is niet alleen een fysieke bedreiging, maar ook een psychologische en emotionele bedreiging, aangezien hij Victor's zelfgevoel en zijn eigen menselijkheid uitdaagt.
4. Het belang van menselijke verbinding en verantwoordelijkheid:Frankenstein is zo gefocust op zijn eigen wetenschappelijke bezigheden dat hij zijn persoonlijke relaties en verantwoordelijkheden verwaarloost. Hij slaagt er niet in betekenisvolle banden met zijn familie en vrienden op te bouwen, en uiteindelijk raakt hij geïsoleerd en eenzaam.
Shelley's roman suggereert dat leren zonder toezicht, zonder ethische overwegingen en verantwoordelijkheidsgevoel, tot catastrofale resultaten kan leiden. Het is een waarschuwing tegen de gevaren van ongecontroleerde wetenschappelijke ambitie en het belang van het overwegen van de mogelijke gevolgen van iemands daden voordat men zich aan risicovolle ondernemingen waagt.