1. Onderzoek en kennis :De auteur verdiept zich in onderzoek en verzamelt relevante informatie, gegevens en bewijsmateriaal dat zijn standpunt ondersteunt. Deze kennis vormt de basis van hun betoog.
2. Scriptieverklaring :De auteur maakt een stellingverklaring, de centrale claim of het centrale argument dat hij of zij tijdens het schrijven wil bewijzen of onderzoeken. De scriptieverklaring weerspiegelt hun standpunt en geeft richting aan het hele stuk.
3. Organisatie en structuur :De auteur organiseert zijn gedachten in een logische structuur. Ze beslissen over de volgorde van de argumenten, het bewijsmateriaal en de ondersteunende punten, en zorgen zo voor een soepele voortgang van de ideeën tijdens het schrijven.
4. Gebruik van bewijsmateriaal :De auteur gebruikt op strategische wijze bewijsmateriaal, zoals citaten, statistieken, feiten en voorbeelden, om zijn beweringen te ondersteunen en te onderbouwen. Bewijsmateriaal versterkt het standpunt van de auteur en vergroot de geloofwaardigheid.
5. Analyse en interpretatie :De auteur analyseert en interpreteert hun bewijsmateriaal, legt verbanden, trekt conclusies en presenteert hun unieke inzichten over het onderwerp. Hierdoor kunnen ze hun standpunt diepgaand ontwikkelen.
6. Tegenargumenten :De auteur anticipeert op en behandelt mogelijke tegenargumenten, bezwaren of tegengestelde standpunten om zijn positie verder te versterken. Het erkennen van tegengestelde standpunten toont evenwicht en diepgang in het betoog van de auteur.
7. Taalgebruik en toon :De auteur selecteert strategisch taalgebruik dat zijn standpunt effectief overbrengt. Dit omvat het kiezen van de juiste dictie, stijl en toon om de lezer te boeien en het argument overtuigend te maken.
8. Persoonlijke verbinding :In sommige gevallen kan de auteur persoonlijke ervaringen, anekdotes of verbanden met het onderwerp delen, waardoor zijn standpunt een menselijker en herkenbaarder aspect krijgt.
9. Duidelijkheid en beknoptheid :De auteur zorgt ervoor dat zijn teksten duidelijk, beknopt en gemakkelijk te begrijpen zijn voor de lezers. Dubbelzinnig taalgebruik of ingewikkelde argumenten kunnen het standpunt verzwakken.
10. Peer review en feedback :Het zoeken naar feedback van collega's, mentoren of redacteuren helpt de auteur zijn standpunt te verfijnen en te verbeteren door alternatieve perspectieven te overwegen of gebieden te identificeren die versterking behoeven.
11. Betrokkenheid bij het publiek :Het standpunt van de auteur moet resoneren met het beoogde publiek. Door de interesses, zorgen en verwachtingen van het publiek te begrijpen, kan de auteur zijn boodschap effectief afstemmen.
12. Reflectie en herziening :Gedurende het hele schrijfproces houdt de auteur zich bezig met zelfreflectie, waarbij hij overweegt of zijn standpunt consistent, voldoende ondersteund en effectief gepresenteerd is. Ze kunnen hun argumenten en bewijsmateriaal herzien op basis van feedback en voortdurende reflectie.
Door deze stappen te volgen, kan een auteur zijn standpunt effectief ontwikkelen, dit op een goed gestructureerde en boeiende manier presenteren en lezers overtuigen om hun unieke perspectief op het onderwerp te overwegen.