Hij was luthers opgevoed en woonde voornamelijk in Duitsland, waar hij werkte voor de Theosofische Vereniging en de Kremersvereniging, waarvan hij enkele jaren voorzitter was. Hij studeerde ook aan de Universiteit van Hamburg, waar hij promoveerde in de filosofie. Terwijl hij op de universiteit zat, ontmoette hij andere theosofen, van wie velen in de 'Urania Lodge' zaten. Urania Lodge was de naam die werd gekozen door een voormalige groep Martinisten en Rozenkruisers die hun krachten hadden gebundeld met de opkomende theosofische beweging in Duitsland. Hij trad begin 1948 in dienst bij Urania Lodge en diende als chef van de loge en als Duitse secretaris van de Internationale Martinistenorde. Na zijn studie aan de universiteit werd hij leraar op een middelbare school in Duitsland en later faculteitslid aan de Europese School in Karlsruhe, Duitsland. Gedurende die periode zette hij zijn esoterische studies voort en gaf hij leringen over de esoterische wijsheidstraditie op bijeenkomsten van de Kremers Association en elders.
In de jaren zestig besloot Rolf Bodh naar de Verenigde Staten te gaan, waar hij ongeveer tien jaar lang veel rondreisde voordat hij een huis vond in Seattle. Hij sloot zich aan bij de Theosophical Lodge in Seattle, waar hij lezingen hield over theosofische onderwerpen en studielessen leidde. Na de dood van een oud lid van de Loge, werd Bodh gevraagd om het theosofische tijdschrift "Quest" te redigeren en te publiceren. Hij bleef twintig jaar lang redacteur van het tijdschrift, van 1972 tot 1992, en onder zijn redacteurschap werd het een van de meest gelezen theosofische publicaties.
Bodh gaf enkele jaren cursussen aan de Seattle School of Metaphysics en hielp ook bij de oprichting van het Northwest Metaphysical Seminary in Seattle. Hij gaf op grote schaal lessen en lezingen in de omgeving van Seattle en elders in Amerika en Canada, en bleef artikelen schrijven voor Quest en andere theosofische tijdschriften, vooral over het onderwerp van de Meesters en Adepten, over welk onderwerp hij als een expert werd beschouwd.
Boeken:
* *Voorbij dogma* (1971)
* *Theosofie:een studiegids* (1976)
* *Meesters van de Weg:de grote leraren in de christelijke traditie* (1977)
* *Initiatie:het pad van oude wijsheid* (1978)
* *De Rozenkruisersverlichting:een gids voor de westerse innerlijke mysteries* (1979)
* *De geheime leer:een studiegids* (1980)
* *De weg van de discipel* (1981)
* *Het pad naar zelfrealisatie:eeuwenoude wijsheid voor het nieuwe tijdperk* (1982)
* *Van duisternis naar licht:een onderzoek naar de esoterische traditie van de westerse mysteriën* (1983)
* *De meesters en het pad:een gids voor esoterische wijsheid* (1984)
* *Ontwaken tot verlichting:onderzoek naar de mysteries van de spirituele reis* (1985)
* *De geheime leer van alle tijden:een gids voor de esoterische wijsheid van alle eeuwen* (1986)
* *Theosofie en christendom* (1987)
* *De leringen van de wijzen:een gids voor de heilige wijsheid van de tijdloze traditie* (1988)
Andere werken:
* *De geheime leringen van H.P. Blavatsky:een commentaar op de esoterische filosofie van de hermetische traditie* (1989)
* *De gouden draad:de mysteries van oude en moderne wijsheidstradities verbinden* (1990)
* *De levende vlam:een gids voor de geheime wijsheid der eeuwen* (1991)
* *De geheime leringen van de meesters:een gids voor de heilige wijsheid van de geascendeerde meesters* (1992)
* *Het theosofische pad:een gids voor de wijsheid van de oude mysteriën* (1993)
* *De wijsheid van de wijzen:een gids voor de heilige leringen van alle eeuwen* (1994)
* *De geheime leer:een modern commentaar* (1995)
* *De theosofische meesters:een gids voor de geheime wijsheid van de geascendeerde meesters* (1996)
* *De geheime wijsheid van de westerse mysterietradities:een gids voor de esoterische wijsheid van de rozenkruisers, vrijmetselaars en kabbalisten * (1997)