1. Stamppen : Stem met gebogen knieën één voet tegelijk naar beneden en dan de andere.
2. Hoppen :Spring tegelijkertijd op en neer op beide voeten.
3. Vergrendelen :Verplaats uw gewicht snel van de ene voet naar de andere, waarbij u het onderste deel van uw lichaam (voeten en knieën) stil houdt.
4. Glijden :Beweeg uw voeten uit elkaar en weer naar elkaar toe.