Ik heb een kariboe, het is een grappig beest
Hij eet graag de sneeuw en de korstmossen aan de bomen
Hij heeft een groot gewei en een lange, borstelige staart
En hij houdt van rennen, springen en spelen
(Koor)
Kariboe, kariboe, je bent een grappig beest
Je maakt me aan het lachen met je capriolen en je feestmaal
Ik ben zo blij dat ik jou heb, je bent mijn beste vriend
Ik zal altijd van je houden, tot het einde
(Vers 2)
We gaan op avontuur, naar het Noordpoolgebied en daarbuiten
We zullen de ijsbergen en de gletsjers zien, wat een spektakel om te zien
We ontmoeten de andere dieren die in de sneeuw leven
En leer alles over hun leven en hoe ze groeien
(Koor)
Kariboe, kariboe, je bent een grappig beest
Je maakt me aan het lachen met je capriolen en je feestmaal
Ik ben zo blij dat ik jou heb, je bent mijn beste vriend
Ik zal altijd van je houden, tot het einde