1. Uitgangspositie:Man (M) en vrouw (W) staan zij aan zij, met hun gezicht naar rechts beneden, iets uit elkaar.
2. M neemt de rechterhand van W in zijn linkerhand.
3. M stapt diagonaal rechts naar voren met de linkervoet en zet deze neer. W stapt diagonaal rechts achteruit met de rechtervoet.
4. M sluit de linkervoet naar rechts. W sluit de rechtervoet naar links.
5. Beide:Op tel 5 &(“en”) heft M de linkerhand op en W heft haar rechterhand naar elkaar toe. Op tel 6 rust de linkerhand van M op de rechterschouder van W en legt W haar rechterhand op de linkerschouder van M.
Stap 2:Tweede partner
1. Uitgangspositie:M en W staan naast elkaar, naar links boven op het podium gericht, iets uit elkaar.
2. M stapt diagonaal links achteruit met de linkervoet. W stapt diagonaal links voor met de rechtervoet.
3. M sluit de linkervoet naar rechts. W sluit de rechtervoet naar links.
4. M heft zijn rechterhand op en W heft haar linkerhand naar elkaar toe.
5. M laat zijn rechterhand rusten op de linkerschouder van W. W laat haar linkerhand zakken en rust op de rechterschouder van M.
Stap 3:Draai onder de boog
1. M en W draaien een halve slag van elkaar af:M draait naar links en W draait naar rechts.
2. M en W houden de binnenhanden vast en kijken elkaar in spiegelpositie aan.
3. M stapt met links en veegt de rechtervoet naar voren in een “passé”, terwijl W met de rechtervoet stapt en de linkervoet naar voren veegt.
4. M sluit zich naar rechts en neemt tegelijkertijd de linkerhand van W in zijn linkerhand terwijl hij zijn rechterhand laat vallen. W stapt naar links en pakt met haar linkerhand de rechterhand van M.
5. M en W draaien op hun plaats (CW voor M, CCW voor W) rond de rechterschouder van M en de linkerschouder van W.
6. Bij de laatste bocht stapt M zijwaarts naar links met de linkervoet en W stapt naar rechts met de rechtervoet.
Stap 4:Rug aan rug
1. M en W staan naast elkaar, in een "rug aan rug" positie, met hun gezicht in dezelfde richting.
2. Beiden maken een kwartslag naar binnen (naar links) zodat ze in een hoek van 45 graden ten opzichte van elkaar staan.
3. M en W slaan hun rechterhand in elkaar. Dit houvast zorgt voor een nauwe verbinding, met weinig ruimte ertussen.
Stap 5:Samen aan de slag
1. M en W doen dan samen drie draaistappen. Deze zijn uitgevoerd in een cirkelvormig patroon, waarbij M een cirkelvormige beweging maakt met zijn linkervoet en W een cirkelvormige beweging maakt met haar rechtervoet.
2. Elke stap brengt een afwisselende gewichtsverandering met zich mee, waarbij de stap van de ene persoon naar voren samenvalt met de stap van de andere persoon naar achteren, waardoor een onderling verbonden cirkelvormige beweging ontstaat.
3. Deze drie draaistappen zijn in essentie walsstappen, met stijgingen en dalingen.
Herhaal stap 1-5
De dans gaat dan verder, afwisselend tussen de eerste partnerstap en de tweede partnerstap, gevolgd door de draai onder de boog, rug aan rug, en het samendraaien van de stappen. Deze reeks wordt tijdens de dans herhaald.