- Prijs van het National Institute of Arts and Letters (1929)
- Butler gouden medaille (1929)
- LL.D. van de Universiteit van Wisconsin (1930)
- LL.D. van Columbia Universiteit (1930)
- Gouden Medaille van de Accademia dei Lincei (1932)
- LL.D. van de Universiteit van Parijs (1932)
- LL.D. van de Harvard Universiteit (1933)
- LL.D. van de Yale Universiteit (1933)
- LL.D. van de Universiteit van Pennsylvania (1934)
- LL.D. van de Northwestern Universiteit (1934)
- LL.D. van de Universiteit van Princeton (1934)
- LL.D. van de Universiteit van Michigan (1935)
- LL.D. van de Universiteit van North Carolina in Chapel Hill (1937)
- LL.D. van Duke Universiteit (1937)
- LL.D. van de Universiteit van Californië, Berkeley (1937)
- LL.D. van de Universiteit van Chicago (1938)
Daarnaast ontving hij talrijke eredoctoraten van universiteiten en hogescholen in de Verenigde Staten en daarbuiten.