De coherentiebandbreedte is belangrijk omdat deze de maximale datasnelheid bepaalt die via het kanaal kan worden verzonden. Als de datasnelheid te hoog is, zal het faseverschil tussen de signalen te snel veranderen en zal de ontvanger de gegevens niet correct kunnen decoderen.
De coherentiebandbreedte van een radiokanaal is afhankelijk van een aantal factoren, waaronder de volgende:
- De afstand tussen de zender en de ontvanger :Hoe langer de afstand, hoe groter de coherentiebandbreedte. Dit komt omdat de signalen meer tijd hebben om zich te verspreiden en decorgerelateerd te raken.
- De frequentie van de signalen :Hoe hoger de frequentie, hoe breder de coherentiebandbreedte. Dit komt omdat de signalen met een hogere frequentie kortere golflengten hebben, wat betekent dat ze gemakkelijker rond obstakels kunnen worden gereflecteerd en afgebogen.
- De omgeving waarin de signalen worden verzonden :De aanwezigheid van obstakels, zoals gebouwen en bomen, kan de coherentiebandbreedte verminderen. Dit komt omdat de obstakels ervoor kunnen zorgen dat de signalen worden gereflecteerd en verstrooid, wat kan leiden tot faseverschillen tussen de signalen.
De coherentiebandbreedte van een radiokanaal kan worden gemeten met behulp van een aantal technieken. Een veelgebruikte techniek is het gebruik van een signaal met geveegde frequentie. Een geveegd frequentiesignaal is een signaal dat over een bereik van frequenties beweegt. De ontvanger meet het faseverschil tussen de verzonden en ontvangen signalen op elke frequentie. De coherentiebandbreedte wordt vervolgens gedefinieerd als het bereik van frequenties waarover het faseverschil constant blijft.
De coherentiebandbreedte is een belangrijke parameter voor het ontwerpen van radiocommunicatiesystemen. Het bepaalt de maximale datasnelheid die via het kanaal kan worden verzonden, en heeft ook invloed op het ontwerp van de ontvanger.