Spieren zijn gespecialiseerde weefsels die het vermogen hebben om samen te trekken en te ontspannen, waardoor kracht en beweging worden gegenereerd. Ze zijn samengesteld uit bundels langwerpige cellen, spiervezels genaamd, die boordevol contractiele eiwitten zoals actine en myosine zitten. Wanneer deze eiwitten op elkaar inwerken, glijden ze langs elkaar, waardoor de spiervezels korter worden en kracht genereren.
Bij pianospelen zijn de betrokken spieren vooral die van de handen en onderarmen. Deze spieren werken samen om de delicate en precieze bewegingen van de vingers te controleren, waardoor pianisten de toetsen kunnen indrukken met de juiste kracht, snelheid en coördinatie die nodig is om muzieknoten te produceren.
Er zijn verschillende spiergroepen betrokken bij vingerbewegingen, waaronder buigspieren, strekspieren en abductor-/adductorspieren. Buigspieren buigen de vingers, terwijl strekspieren ze strekken. Abductorspieren bewegen de vingers weg van de duim, en adductorspieren bewegen ze naar de duim.
Pianisten ontwikkelen kracht, flexibiliteit en coördinatie in deze spieren door oefening en training, waardoor ze complexe muziekstukken met precisie en expressie kunnen uitvoeren.