Bas-baritonrollen zijn vaak oudere, vaderfiguren en schurken. Enkele typische bas-baritonrollen zijn:
* Colline in La bohème van Puccini
* Leporello in Mozarts Don Giovanni
* Méphistophélès in Gounods Faust
* Figaro in Mozarts Le nozze di Figaro
Hoewel de bas-bariton vaak wordt gezien als een mannenstem, bestaan er ook vrouwelijke bas-baritons.
In koormuziek ligt de bas-baritonpartij tussen de bas- en baritonpartij, en wordt vaak genoteerd in de bassleutel, een octaaf hoger dan de baspartij.