Trilling
- De snelle beweging van de stok zorgt ervoor dat het drumvel trilt.
Geluidsproductie
- De trillingen van het drumvel creëren geluidsgolven die door de lucht reizen.
Resonantie
- Het lichaam van de trommel resoneert en versterkt het geluid.
Reflectie
- De geluidsgolven stuiteren van de trommelschelp en terug naar de speler.
Horen
- De geluidsgolven bereiken uw oren en worden door uw hersenen geïnterpreteerd als geluid.