2. Houd de drumstokken vast . De traditionele greep is om de stokjes tussen duim en wijsvinger te houden, met de andere drie vingers eronder gekruld.
3. Sla op de trommel . Gebruik de drumstokken om op het drumvel in het midden te slaan. Het geproduceerde geluid zal variëren afhankelijk van de grootte en het type trommel, evenals de kracht waarmee de trommel wordt aangeslagen.
4. Bedien het geluid . Je kunt het geluid van de drum regelen door de kracht waarmee je erop slaat te variëren, en door verschillende delen van de stok te gebruiken om op het drumvel te slaan. Als u bijvoorbeeld met de punt van de stok op de trommel slaat, ontstaat er een scherp geluid, terwijl u met de zijkant van de stok op de trommel slaat een gedempter geluid produceert.
5. Bespeel de drum . Zodra je de basistechnieken onder de knie hebt, kun je beginnen met drummen. Er zijn veel verschillende drumpatronen die je kunt leren, en je kunt ook experimenteren met het creëren van je eigen patronen.
Hier zijn enkele aanvullende tips voor het bespelen van de drum:
* Oefen regelmatig . Hoe meer je oefent, hoe beter je drumvaardigheden zullen worden.
* Luister naar andere drummers . Door naar andere drummers te luisteren, kun je nieuwe technieken en stijlen leren.
* Experimenteer . Wees niet bang om te experimenteren met verschillende drumpatronen en -technieken. Je zult misschien verbaasd zijn over wat je allemaal kunt creëren!
* Veel plezier! Drummen is een geweldige manier om jezelf te uiten en plezier te hebben. Geniet dus van het proces en wees niet bang om fouten te maken.