1. Fiddle: Een strijkinstrument, vergelijkbaar met de moderne viool, maar met een meer afgerond lichaam en minder snaren.
2. Vielle: Een snaarinstrument met frets, vergelijkbaar met een draailier, maar met een krukwiel om de snaren te laten draaien.
3. Luit: Een tokkelinstrument met een ronde body en een hals met frets.
4. Gittern: Een tokkelinstrument met een platte achterkant en een hals met frets, vergelijkbaar met een moderne gitaar.
5. Harp: Een snaarinstrument met meerdere snaren gespannen over een houten frame.
6. Citole: Een tokkelinstrument met een doosvormig lichaam en een hals met frets, vergelijkbaar met een citer.
7. Fluit: Een houtblazersinstrument met een cilindrisch lichaam en gaten voor vingerzetting.
8. Recorder: Een houtblazersinstrument met een cilindrisch lichaam en een snavelvormig mondstuk.
9. Shawm: Een houtblazersinstrument met dubbel riet, een conisch lichaam en een uitlopende beker.
10. Trommel: Een percussie-instrument waarbij de huid over een cilindrisch of rond frame is gespannen.