In de zachte gloed van de schemering,
Op de majestueuze top van een heuveltop,
Staat een herenhuis, gehuld in mysterie,
Een verborgen juweel in de mist.
Koor:
Herenhuis op de heuveltop,
Waar dromen en schaduwen dansen,
Een gefluisterd verhaal van grootsheid,
Een heiligdom van romantiek.
Vers 2:
Via kronkelende wegen en maanverlichte paden,
We reizen naar deze mystieke hoogte,
Waar geheimen wachten om onthuld te worden,
In de zalen van de legendarische macht.
Koor:
Herenhuis op de heuveltop,
Waar dromen en schaduwen dansen,
Een gefluisterd verhaal van grootsheid,
Een heiligdom van romantiek.
Brug:
Legenden spreken over verborgen kamers,
Gevuld met ongekende schatten,
Van geesten die rondhangen in de schemering,
Verhalen die nog moeten worden ontvouwen.
Vers 3:
We stappen binnen zijn oude deuren,
Een wereld van weelde en ontzag,
Marmeren trappen en kristallen kroonluchters,
Gefluister uit vervlogen tijden.
Koor:
Herenhuis op de heuveltop,
Waar dromen en schaduwen dansen,
Een gefluisterd verhaal van grootsheid,
Een heiligdom van romantiek.
Vers 4:
In de maanverlichte tuinen wandelen we,
Waar fonteinen hun rustgevende lied zingen,
Rozen bloeien in geurige pracht,
Betoverend de nacht mee.
Koor:
Herenhuis op de heuveltop,
Waar dromen en schaduwen dansen,
Een gefluisterd verhaal van grootsheid,
Een heiligdom van romantiek.
Uittro:
Terwijl de zon over de horizon gluurt,
Gouden stralen op het toneel werpend,
We nemen afscheid van de omhelzing van het landhuis,
Met harten gevuld met serene herinneringen.