"Morgen, bij zonsopgang, op het moment dat het platteland witter wordt",
_(Morgen, bij zonsopgang, als het platteland bleek wordt,_
"Ik ga weg"
_Ik ga weg_)
"Zie je, ik weet dat daar, onder de bomen, op het gras,"
_(Zie je, ik weet dat daar, onder de bomen, op het gras,_
"Er is een jong meisje"
_er is een jong meisje_)
"Wie wacht op mij"
_wie wacht op mij_)
'En ik weet dat ik van hem hou'
_En ik weet dat ik van haar hou_)
'En dat ik altijd van hem zal houden'
_en dat ik altijd van haar zal houden_)
"Morgen, bij zonsopgang, op het moment dat het platteland witter wordt",
_(Morgen, bij zonsopgang, als het platteland bleek wordt,_
"Ik ga weg"
_Ik ga weg_)
"Ik wil niet langer wachten"
_Ik wil niet langer wachten_)
"Ik wil haar zien, ik wil het haar vertellen"
_(Ik wil haar zien, ik wil het haar vertellen)_
'Dat ik van hem hou'
_dat ik van haar hou_)