In een wereld waar lichten glanzen,
Gezinnen verzamelen zich met stralende ogen
Het is tijd dat vrolijkheid verschijnt,
Een beetje vakantiegevoel om te ontsteken.
(Koor)
Laten we blij zijn, laten we vrolijk zijn,
Laat de festiviteiten ons vrolijk maken,
Voor deze gekoesterde momenten zo helder,
Breng eindeloos genot op deze winteravond.
(Vers 2)
Kinderen dromen, engelen kijken toe,
Met toenemende verwondering en verwachting,
Kousen die met zorg bij de schoorsteen worden gehangen,
In de hoop op verrassingen in de ochtendlucht.
(Koor)
Laten we blij zijn, laten we vrolijk zijn,
Laat de festiviteiten ons vrolijk maken,
Voor deze gekoesterde momenten zo helder,
Breng eindeloos genot op deze winteravond.
(Brug)
Verzamel rond de open haard
Terwijl verhalen en kerstliederen elkaar omarmen,
Warme cacao in de hand, harten tevreden,
In deze winterse gloed is de vreugde enorm.
(Koor)
Laten we blij zijn, laten we vrolijk zijn,
Laat de festiviteiten ons vrolijk maken,
Voor deze gekoesterde momenten zo helder,
Breng eindeloos genot op deze winteravond.
(Vers 3)
In elke sneeuwvlok die ronddraait
Er baant magie zich een weg door de krullen,
Met gelach weerklinkend en goed nieuws nabij,
Moge vriendelijkheid zich uitstrekken zonder de noodzaak van gejuich.
(Koor)
Laten we blij zijn, laten we vrolijk zijn,
Laat de festiviteiten ons vrolijk maken,
Voor deze gekoesterde momenten zo helder,
Breng eindeloos genot op deze winteravond.
(Outro)
Zo mag de harmonie bloeien als een krans,
In onze harten tijdens de adem van deze vakantie,
Laten we de saamhorigheid koesteren, liefje,
Een beetje vakantiegevoel, jaar na jaar.