In het land van botten en huid begon een wereld die zo gebroken was
Ligt je lichaam op de grond. Ik voel me nu zo hopeloos
In een wereld die wordt verteerd door angst verdwijnen de botten waaruit deze is opgebouwd
Maar je bent zo mooi als stof dat uit de ruimte zweeft
(Koor)
Botten botten, ze zullen je uitgraven
Botten liegen niet wat er niet uitkomt
Wat doen we en doen we het allemaal nog een keer?
(Vers 2)
In de donkerste tijden merk je dat er in elke misdaad iets goeds schuilt
Als alles wat in zicht komt een prijs heeft, wat zal er dan overleven?
In een stad die alle toekomsten uit het verleden vernietigt
Maar je ziet er nu net zo gelukkig uit als iemand die niets meer heeft