1. Overgangscomponisten :Sommige componisten, zoals Ludwig van Beethoven, leefden tijdens de overgang tussen het klassieke en het romantische tijdperk en hun muziek bevat elementen van beide stijlen. Beethovens vroege werken vertonen sterke klassieke invloeden, terwijl zijn latere werken meer romantische tendensen vertonen.
2. Ornament :Versierde melodieën waren een kenmerk van zowel klassieke als romantische muziek. Klassieke componisten gebruikten versieringen doorgaans als verfraaiing binnen een formele structuur, terwijl romantische componisten versieringen expressiever gebruikten.
3. Pianomuziek :De piano kreeg in beide tijdperken bekendheid. Voor klassieke componisten was de piano geschikt voor intieme stukken en kamermuziek, terwijl romantische componisten zijn rol uitbreidden als veelzijdig instrument dat een breed scala aan emoties kon overbrengen.
4. Expressie en emotie :Terwijl klassieke muziek zich concentreerde op balans, helderheid en formele structuur, legde romantische muziek de nadruk op emotionele expressie en subjectieve ervaringen. Veel klassieke componisten, zoals Mozart, onderzochten echter ook emotionele expressie binnen hun formele structuren.
5. Romantische elementen in klassieke vormen :Sommige klassieke componisten, zoals Haydn en Mozart, voegden af en toe dramatische secties met intense emotionele expressie toe binnen gestructureerde bewegingen, wat een voorafschaduwing was van aspecten van de romantiek.
6. Symfonische ontwikkeling :Het concept van de symfonie was goed ingeburgerd tijdens het klassieke tijdperk, en bleef een cruciale rol spelen in het romantische tijdperk. Romantische componisten breidden de omvang van het orkest uit en voegden symfonieën toe met dramatische en programmatische elementen.
7. Opera- en kunstliederen :Opera heeft een aanzienlijke evolutie doorgemaakt van de klassieke naar de romantische tijdperken. Klassieke opera's bevatten formele recitatieven en aria's, terwijl romantische opera's meer nadruk legden op orkestrale intermezzo's, voortdurende dramatische ontwikkeling en intensere karakterportretten. Op dezelfde manier ontstond het lied (kunstlied) tijdens het romantische tijdperk, wat een grotere flexibiliteit bood bij het uiten van persoonlijke emoties in vocale muziek.
Deze gedeelde kenmerken tonen aan dat de overgang tussen de klassieke en romantische tijdperken geleidelijk verliep en werd beïnvloed door culturele, esthetische en maatschappelijke veranderingen die een verschuiving in muzikale prioriteiten en uitingen bevorderden.