- Vocale muziek:melodieën zingen, zingen en neuriën zonder instrumenten.
- Percussie-instrumenten:trommels, klepels, rammelaars en andere voorwerpen die worden gebruikt voor ritmische begeleiding.
Middeleeuwse periode:
- Religieuze muziek:gregoriaans, polyfone composities en orgelmuziek in kerken.
- Troubadours en Trouveres:Muzikanten en dichters die wereldlijke muziek ten gehore brachten in hoven en steden.
Renaissanceperiode:
- Madrigalen:polyfone vocale muziek met wereldlijke teksten.
- Instrumentale muziek:Luiten, altviolen, blokfluiten en andere instrumenten die voor kamermuziek worden gebruikt.
Barokperiode:
- Opera:uitgewerkte muziekdrama's met zang, acteren en orkestbegeleiding.
- Instrumentale muziek:concerten, sonates en suites voor verschillende instrumenten.
Klassieke periode:
- Symfonie:orkestwerken uit meerdere bewegingen met verschillende secties en thema's.
- Strijkkwartetten:kamermuziek voor vier snaarinstrumenten (twee violen, altviool en cello).
- Pianomuziek:sonates, concerten en andere composities voor pianoforte.
Romantische periode:
- Art Songs:solo vocale muziek met pianobegeleiding, waarin persoonlijke emoties en verhalen worden uitgedrukt.
- Programmatische muziek:orkestwerken geïnspireerd door literatuur, schilderijen of historische gebeurtenissen.
- Opera:grootse opera's met dramatische verhalen, uitgebreide decors en kleurrijke orkestratie.
20e eeuw en daarna :
- Jazz:geïmproviseerde muziek met Afro-Amerikaanse roots, met gesyncopeerde ritmes en unieke harmonieën.
- Blues:Vocale en instrumentale muziek gekenmerkt door treurige teksten en de 'blauwe noot'.
- Rock- en popmuziek:door elektrische gitaar aangedreven muziek, vaak met pakkende melodieën en teksten over liefde, rebellie en sociaal commentaar.
- Elektronische muziek:muziek gemaakt met behulp van elektronische instrumenten, synthesizers en computers.