Men geloofde dat de Muziek van de Sferen bestaat uit de geluiden die worden geproduceerd door de beweging van de planeten en sterren. Men dacht dat elk hemellichaam zijn eigen unieke geluid had, en men geloofde dat de combinatie van deze geluiden een prachtige en harmonieuze symfonie creëerde.
In zijn werk stelde Pythagoras het idee voor van de 'harmonie van de sferen', ook wel bekend als de 'musica universalis'. Hij geloofde dat het universum een weerspiegeling was van wiskundige principes en dat hemellichamen in verhoudingen en verhoudingen waren gerangschikt die perfecte harmonieën voortbrachten.
Dit concept had een diepgaande impact op de muziektheorie en filosofie, maar ook op andere gebieden zoals astronomie en kosmologie. Het beïnvloedde de ontwikkeling van toonladders, consonantie en dissonantie, en werd weerspiegeld in de werken van filosofen en wetenschappers als Plato, Aristoteles en Johannes Kepler.
Hoewel het specifieke idee van de Music of the Spheres in letterlijke zin misschien niet wetenschappelijk accuraat is, weerspiegelt het een diepe fascinatie voor de onderlinge verbondenheid en orde van het universum en de poging om het te begrijpen door middel van wiskundige en muzikale principes.