De adamsappel is een kraakbeen dat uit de voorkant van de nek steekt en prominenter aanwezig is bij mannen dan bij vrouwen. Het wordt gevormd door de fusie van het schildklierkraakbeen, waarin de stembanden zijn ondergebracht, en speelt geen directe rol bij de stemproductie.
Het stembereik wordt bepaald door de frequentie waarmee de stembanden trillen. Langere en dikkere stembanden produceren doorgaans lagere toonhoogtes, terwijl kortere en dunnere stembanden hogere toonhoogtes produceren. De vorm en grootte van het stemkanaal, inclusief de sinussen, mond en keel, beïnvloeden ook de resonantie en het timbre van de stem, waardoor het algehele stembereik wordt beïnvloed.
Factoren zoals vocale training, vocale gezondheid en individuele vocale anatomie dragen belangrijker bij aan het bereik van een zangstem dan de grootte van de adamsappel. Een goed opgeleide zanger kan vocale technieken ontwikkelen om zijn stembereik uit te breiden, ongeacht de grootte van zijn adamsappel.