Jim Morrison gebruikte tijdens zijn carrière bij The Doors voornamelijk de Shure SM58-microfoon. De SM58 is een dynamische microfoon die bekend staat om zijn duurzaamheid, betrouwbaarheid en heldere geluidsweergave. Het wordt vaak gebruikt bij liveoptredens en studio-opnames vanwege het vermogen om hoge geluidsdrukniveaus zonder vervorming aan te kunnen. Morrisons gebruik van de SM58 droeg bij aan zijn uitgesproken vocale geluid en podiumpresentatie.
Geluidseffecten:
The Doors stonden bekend om hun innovatieve gebruik van geluidseffecten in hun muziek, en Morrison speelde een cruciale rol bij het opnemen van deze elementen in hun uitvoeringen en opnames. Enkele opmerkelijke geluidseffecten geassocieerd met Morrison zijn onder meer:
- Tapelussen: Morrison experimenteerde met tapeloops, waarbij geluiden werden opgenomen en vervolgens in een continue lus werden afgespeeld. Hij gebruikte deze techniek om griezelige en psychedelische soundscapes te creëren in nummers als 'The End' en 'When the Music's Over'.
- Omgekeerde galm: Morrison maakte gebruik van reverse reverb, een techniek waarbij het reverb-effect in omgekeerde volgorde wordt toegepast, waardoor een unieke en desoriënterende geluidservaring ontstaat. Dit effect is te horen in nummers als "Riders on the Storm" en "L.A. Woman."
- Geluidscollages: Morrison heeft ook bijgedragen aan de creatie van geluidscollages, waarbij verschillende geluidselementen werden gecombineerd, waaronder gesproken woorden, muziek en omgevingsgeluiden. Deze collages werden vaak gebruikt als intermezzo's of overgangen tussen nummers, waardoor een experimentele en theatrale dimensie aan hun liveoptredens werd toegevoegd.
Over het geheel genomen speelden Jim Morrisons gebruik van de Shure SM58-microfoon en zijn verkenning van geluidseffecten een belangrijke rol bij het vormgeven van de kenmerkende muziekstijl van The Doors en hun status als een van de meest invloedrijke bands van de jaren zestig.