Eerste strofe:
De eerste strofe zet de toon met het beeld van 'de bladeren zoals vrouwen hun sjaals losmaken', wat een opzettelijke en sierlijke beweging suggereert terwijl ze uit de bomen vallen. De vergelijking van de bladeren met vrouwen duidt op een gevoel van kwetsbaarheid en gratie in hun afkomst.
Tweede strofe:
In de tweede strofe merkt de spreker op dat de bladeren "als vlokken uit de gevormde sneeuw vallen" en "een tapijt" op de grond creëren. De vergelijking van de bladeren met sneeuwvlokken duidt op delicatesse en overvloed. De vallende bladeren bedekken de grond als een deken, creëren een gevoel van zachtheid en comfort en weerspiegelen tegelijkertijd het vluchtige karakter van het seizoen.
Derde strofe:
De derde strofe heeft een meer reflecterende toon. De spreker merkt op dat de bladeren 'plung [ing] like fate/ Through ventures of decks' zijn, waarbij decks kunnen verwijzen naar de lagen van levenservaringen die je tegenkomt. Deze metaforische duik benadrukt de onvoorspelbare aard van de levensreis en suggereert de onvermijdelijkheid van uitdagingen en veranderingen.
Vierde strofe:
In de vierde strofe observeert de spreker de bladeren die 'roeren om te gaan / zoals kinderen die van school komen'. Deze afbeelding van de bladeren als kinderen brengt een gevoel van opwinding en verwachting over, in contrast met de sombere ondertonen van de vorige strofe. Het verwijst ook naar het idee van het omarmen van een nieuw begin en het loslaten van het verleden.
Vijfde strofe:
Het gedicht eindigt met de spreker die de gevallen bladeren erkent als 'de weg die we moeten gaan / met de wortel, door de wind, door gebed', wat suggereert dat het natuurlijke proces van vallen zelf een diepgaande reis van groei en transformatie is. De zinsnede ‘met de wortel, door de wind, door gebed’ omvat drie verschillende krachten – de ondergrondse, de elementaire en de spirituele – die de verschillende manieren symboliseren waardoor het leven evolueert en verandert.
Over het geheel genomen legt ‘Falling Leaves’ de essentie van de schoonheid van de herfst vast, terwijl thema’s als vergankelijkheid, verandering en de cycli van het leven worden onderzocht. Dickinson gebruikt levendige beelden, vergelijkingen en metaforen om een gelaagd gedicht te creëren dat lezers uitnodigt om na te denken over de delicate aard van het bestaan en de onvermijdelijkheid van de levenscycli.