Hier is het hele gedicht:
De maan hoeft zich nergens voor te schamen.
Ze schept niet op en pocht niet,
en ze laat nooit haar gezicht zien
tenzij ze er zeker van is dat ze welkom zal zijn.
Ze blijft uit de weg
van de zon en de sterren,
en geeft zacht licht
aan degenen die het nodig hebben.
De maan is een speelgoedschommel
op helder goud,
en ze zwaait zachtjes
in de nachtbries.
Ze is een klein kind,
en ze is bang in het donker,
maar ze weet dat ze veilig is
in de armen van de nacht.
De maan is een symbool van hoop,
en zij herinnert ons daaraan
zelfs in de donkerste tijden,
er is altijd licht.