Wat kun je uit deze regels afleiden over medische kennis en praktijken in de tijd van Shakespeare?
Uit de gegeven regels kan worden afgeleid dat de medische kennis en praktijken in de tijd van Shakespeare beperkt waren en vaak werden beïnvloed door bijgeloof en traditionele overtuigingen. De verwijzing naar 'oudevrouwenverhalen' suggereert dat volksremedies en traditionele kennis een belangrijke rol speelden bij medische behandelingen. De vermelding van ‘tovermiddelen’, ‘spreuken’ en ‘gifstoffen’ duidt op een geloof in magische en bovennatuurlijke elementen in de geneeskunde. De regel "Zo heeft de kaars de mot geschroeid" impliceert dat medische praktijken soms experimenteel waren en onbedoelde gevolgen konden hebben. Over het geheel genomen suggereren deze regels dat de medische kennis en praktijken in de tijd van Shakespeare divers en eclectisch waren en niet uitsluitend gebaseerd waren op wetenschappelijk inzicht.