Enkele veelvoorkomende voorbeelden van hedging zijn het gebruik van zinsneden als ‘ik denk’, ‘ik geloof’, ‘het lijkt mij’, ‘het is mogelijk’, ‘het is waarschijnlijk’, ‘ik zou betogen’, ‘ik zou voorstellen". Door deze zinnen te gebruiken, creëert de spreker afstand tussen zichzelf en zijn of haar bewering, en vermijdt hij een sterke of absolute verklaring af te leggen. Dit stelt hen in staat potentiële kritiek of controverses te vermijden en geeft hen de mogelijkheid om indien nodig van standpunt te veranderen.
Hedging kan een nuttig retorisch middel zijn, omdat sprekers hierdoor hun mening kunnen uiten zonder het risico te lopen uitgedaagd of tegengesproken te worden. Het kan echter ook worden gebruikt om de verantwoordelijkheid voor iemands beweringen te ontlopen, of om de indruk van deskundigheid te wekken zonder daadwerkelijk enig bewijs of ondersteuning te bieden. Daarom is het belangrijk om oordeelkundig gebruik te maken van hedging en zich bewust te zijn van de potentiële risico's en voordelen die aan het gebruik ervan zijn verbonden.