De inleiding bepaalt de toon en sfeer van het stuk. Het wordt meestal in een langzaam tempo gespeeld en bevat een eenvoudige melodie.
Vers
Het vers is het hoofdgedeelte van het stuk. Het bestaat doorgaans uit vier regels tekst die een verhaal vertellen of een scène beschrijven.
Koor
Het refrein is een herhaald gedeelte dat op het couplet volgt. Het bevat meestal de hoofdboodschap of hook van het nummer.
Brug
De brug is een contrasterend gedeelte dat voorkomt tussen het couplet en het refrein. Het biedt doorgaans een nieuw perspectief op het verhaal of de scène.
Uittro
De outro is het laatste deel van het stuk. Het wordt meestal in een langzaam tempo gespeeld en bevat een eenvoudige melodie.