1. Wederzijds respect en erkenning: Hector vraagt Achilles hem te respecteren als een waardige tegenstander en zijn moed te erkennen. Hij stelt dat zelfs als een van hen in het duel valt, hun reputatie en eer intact moeten blijven.
2. Waardige behandeling van de gevallen krijger: Hector stelt voor dat de winnaar de gevallen krijger met waardigheid en respect moet behandelen. Hij vraagt specifiek dat Achilles, als hij wordt verslagen, zijn lichaam niet mag mishandelen, maar het aan de Trojanen mag teruggeven voor de juiste begrafenisrituelen.
3. Uitwisseling van pantser: Hector stelt voor dat de overwinnaar de wapenrusting van de gevallen krijger als prijs moet nemen, maar hem niet van zijn kleren moet ontdoen. Dit weerspiegelt het oude Griekse geloof in het respecteren van de overledenen en het behouden van hun waardigheid, zelfs bij een nederlaag.
4. Voorkomen van plundering: Hector spreekt zijn afkeuring uit over de praktijk van plundering, waarbij een gevallen krijger wordt ontdaan van zijn wapenrusting en persoonlijke bezittingen. Hij doet een beroep op het eergevoel van Achilles en verzoekt hem zijn lichaam van een dergelijke behandeling te sparen.
Door deze voorwaarden voor te stellen, wil Hector een eerlijk en eervol duel garanderen dat de moed van beide krijgers respecteert. Hij wil onnodige vernedering of ontheiliging van de gevallenen vermijden, waarbij hij het belang van waardigheid en respect in eeuwenoude oorlogsvoering en maatschappelijke waarden benadrukt.