- Om een gevoel van drama of opwinding te creëren: Een nummer dat plotseling van toon verandert, kan een gevoel van drama of opwinding creëren, of kan helpen spanning op te bouwen. Het nummer "Bohemian Rhapsody" van Queen verandert bijvoorbeeld meerdere keren van toonsoort gedurende het nummer, wat helpt om een gevoel van drama en opwinding te creëren.
- Om tegemoet te komen aan het stembereik van de zanger: Sommige nummers zijn mogelijk geschreven in een toonsoort die te hoog of te laag is voor het stembereik van de zanger. In deze gevallen kan het nummer worden getransponeerd naar een andere toonsoort die prettiger is voor de zanger. Het nummer "I Will Always Love You" van Whitney Houston was bijvoorbeeld oorspronkelijk geschreven in de toonsoort F majeur, maar werd voor de opname van Houston omgezet naar de toonsoort E majeur.
- Om een andere stemming of sfeer te creëren: Een nummer dat in een andere toonsoort wordt gespeeld, kan ook een andere stemming of sfeer creëren. Een nummer dat in een hogere toonsoort wordt gespeeld, klinkt bijvoorbeeld helderder en vrolijker, terwijl een nummer dat in een lagere toonsoort wordt gespeeld, donkerder en somberder kan klinken. Het Beatles-nummer "Yesterday" wordt bijvoorbeeld in een lagere toonsoort gespeeld dan veel andere Beatles-nummers, wat helpt om een somberder humeur te creëren.
- Om interesse en variatie toe te voegen: Een nummer dat van toonaard verandert, kan ook eenvoudigweg interesse en variatie aan het nummer toevoegen. Dit kan helpen om de luisteraar betrokken te houden en te voorkomen dat het nummer saai wordt. Het nummer "Stairway to Heaven" van Led Zeppelin verandert bijvoorbeeld meerdere keren van toonsoort gedurende het nummer, wat helpt om de luisteraar betrokken te houden.