2. Grootte en speelbaarheid :De altviool is groter dan de viool, wat het spelen uitdagender maakt. De vingerzettings- en strijktechnieken zijn vergelijkbaar met die van de viool, maar het grotere formaat kan voor sommige muzikanten moeilijker zijn, vooral voor degenen met kleinere handen.
3. Repertoire :Er is een kleiner muziekrepertoire dat speciaal voor de altviool is geschreven in vergelijking met de viool. In veel beroemde klassieke composities is de viool het belangrijkste solo-instrument, terwijl de altviool vaak een ondersteunende rol speelt in orkest- en kamermuziek. Dit beperkte repertoire kan bijdragen aan de mindere populariteit van de altviool.
4. Misvattingen en stereotypen :De altviool wordt soms gezien als een minder prestigieus of 'minder' instrument vergeleken met de viool. Deze perceptie kan worden bestendigd door bepaalde stereotypen en grappen waarin de altviool wordt afgeschilderd als een instrument voor minder bekwame muzikanten.
5. Gebrek aan blootstelling :De altviool komt minder vaak voor in de populaire cultuur, media en solo-optredens dan de viool. Deze beperkte blootstelling kan bijdragen aan de mindere bekendheid ervan onder liefhebbers van niet-klassieke muziek en potentiële leerlingen ontmoedigen.
Ondanks de lagere populariteit in vergelijking met de viool, is de altviool nog steeds een belangrijk instrument in de klassieke muziek. Het voegt diepte en rijkdom toe aan het orkestgeluid, en er zijn veel gepassioneerde altviolisten en enthousiastelingen die de unieke kwaliteiten en bijdragen ervan aan de muziek waarderen.