1. Op de bel slaan:
- De buisvormige bel wordt geraakt door een hamer of hamer.
2. Trillingen:
- Bij een botsing trilt de metalen buis of cilinder op de natuurlijke frequentie, waardoor er geluid ontstaat.
3. Staande golven:
- Door de trilling ontstaan staande golven in de buis. Staande golven zijn stationaire golfpatronen die ontstaan wanneer de gereflecteerde golven aan beide uiteinden van de buis interfereren met de oorspronkelijke golven, wat resulteert in specifieke resonantiefrequenties.
4. Geluidsgeneratie:
- Terwijl de buis trilt, duwt en trekt deze de omringende lucht, waardoor geluidsgolven ontstaan. De vorm en het materiaal van de buis, maar ook de afmetingen en spanning, bepalen de toonhoogte en toon van het geluid.
5. Harmonischen en boventonen:
- Naast de grondtoon produceert de trilling van de buis ook harmonischen en boventonen. Dit zijn extra frequenties die verband houden met en begeleiden van de grondfrequentie, waardoor het algehele geluid wordt verrijkt.
6. Resonantie en ondersteuning:
- De buisvormige bel blijft nog een tijdje trillen nadat deze is aangeslagen, waardoor het geluid behouden blijft. Dit komt door de energie die is opgeslagen in de trillende buis en de resonerende eigenschappen ervan. De aanhoudtijd is afhankelijk van factoren zoals het materiaal en de vorm van de buis, evenals van de dempingsmechanismen die in het ontwerp aanwezig zijn.
7. Harmonische structuur:
- De klankkleur en toonkarakteristieken van buisklokken worden beïnvloed door de specifieke frequenties die aanwezig zijn in het geluidsspectrum, inclusief de fundamentele toonhoogte, harmonischen en boventonen. Verschillende buisklokken hebben verschillende harmonische structuren die bijdragen aan hun unieke klanken.
8. Geluidsprojectie en verval:
- Het geluid geproduceerd door buisklokken projecteert resonant in de omgeving. Naarmate de trillingen geleidelijk afnemen, vervalt het geluid totdat het niet langer hoorbaar is.