Wanneer werd de viool uitgevonden en wie heeft hem gemaakt?

De exacte oorsprong van de viool is onduidelijk, maar algemeen wordt aangenomen dat de eerste echte violen rond het begin van de 16e eeuw in Italië werden gemaakt. Aangenomen wordt dat de viool is voortgekomen uit eerdere instrumenten zoals de rebec en de vielle, die populair waren tijdens de middeleeuwen.

Andrea Amati, woonachtig in Cremona, Italië, wordt vaak beschouwd als een van de eerste en meest invloedrijke vioolbouwers. Er wordt aan hem toegeschreven dat hij veel van de kenmerken heeft ontwikkeld die nu standaard zijn op de moderne viool, zoals de S-vormige klankgaten, de krul en het gebruik van verschillende houtsoorten voor verschillende delen van het instrument. De zonen en kleinzonen van Andrea Amati zetten zijn traditie van vioolbouw voort, en de familie Amati wordt beschouwd als een van de belangrijkste families in de geschiedenis van de vioolbouw.

Andere beroemde vioolbouwers uit de 16e en 17e eeuw zijn onder meer Gasparo da Salò, Giovanni Paolo Maggini en Antonio Stradivari. Deze makers, bekend als de "Gouden Eeuw" van de vioolbouw, zijn zeer gewild en hun instrumenten worden beschouwd als een van de beste die ooit zijn gemaakt.