In een wereld waar het water stijgt,
Onder de oppervlakte liggen geheimen.
Een melodie van ongekende diepten,
Een symfonie zo puur ontvouwt zich.
(Pre-refrein)
Door het gefluister van de roep van de oceaan,
Waar kleuren dansen in een sierlijke herfst,
Ik word meegetrokken in een ongezien rijk,
Waar de ware essentie van het leven straalt.
(Koor)
Onder water, waar schaduwen sporen,
Een symfonie van vloeibare gratie,
In deze afgrond van zeldzame wonderen,
Ik vind een troost die niet te vergelijken is.
(Vers 2)
Te midden van de levendige tint van het koraal,
Waar vissen in harmonie achtervolgen,
Elk moment ademt een tijdloos vers,
Een koor van het universum.
(Pre-refrein)
Onder de hemelse gloed van de maan,
Waar stromingen wervelen en zachtjes stromen,
Mijn geest zweeft op onbekende golven,
In diepten waar vrede diep gezaaid is.
(Koor)
Onder water, waar schaduwen sporen,
Een symfonie van vloeibare gratie,
In deze afgrond van zeldzame wonderen,
Ik vind een troost die niet te vergelijken is.
(Brug)
Oh, laat me blijven hangen in deze droom,
Waar de ware schoonheid van het leven tot leven komt,
Temidden van de onderwaterglans,
Ik zal mijn ziel vinden, voor altijd gedijen.
(Vers 3)
Terwijl de duisternis plaats maakt voor het ochtendlicht,
Het oppervlak lonkt, ik moet terugkeren,
Maar echo's van de macht van de oceaan,
Zal van binnen resoneren, als een herboren lied.
(Pre-refrein)
Bij elke nieuwe dageraad zal ik doorgaan,
De melodie die binnenin weeft,
Een herinnering aan de onbekende diepte,
Waar troost en verwondering echt schenen.
(Koor)
Onder water, waar schaduwen sporen,
Een symfonie van vloeibare gratie,
In deze afgrond van zeldzame wonderen,
Ik vond een troost die niet te vergelijken is.
(Outro)
Nu sta ik aan de kust,
Maar mijn geest zal altijd aanbidden,
De wereld onder de invloed van het water,
Waar magie elke dag voortduurt.