Waar een tiran regeert, ontvouwt zijn macht zich.
Hoeveel moeten er nog meer sterven door de hand van de machtige hertog,
Terwijl hij zijn heerschappij uitoefent over dit treurige land?
De kreten van onschuldigen echoën in de lucht,
Terwijl de onderdrukte zielen het gewicht van de wanhoop dragen.
Hun tranen stromen als rivieren, hun hoop wordt dun,
Terwijl de hertog geniet van de pijn die ze lijden.
Met een hart van duisternis en een ijzeren vuist,
Hij brengt zijn wreedheid toe zonder enige wending.
Zijn hebzucht en ambitie kennen geen grenzen,
Terwijl hij levens vertrapt zonder een enkel geluid.
De stemmen van het volk worden tot zwijgen gebracht door angst,
Terwijl ze leven onder een constante wolk van wanhoop.
Ze verlangen naar gerechtigheid, naar een sprankje licht,
Om de ketenen van de onderdrukkende macht van de hertog te verbreken.
Maar wie zal opstaan, wie zal dapper zijn,
Om de tiran uit te dagen, zijn kwaad te dwarsbomen?
Want helden zijn zeldzaam in deze wanhopige tijden,
Wanneer de duisternis overheerst, waardoor de lijnen vervagen.
O, hoeveel moeten er nog meer omkomen, vallen,
Voordat dit schrikbewind ten einde komt?
Voordat de vrijheid tevoorschijn komt uit de diepten van de slavernij,
En de mensen staan op en werpen hun vreselijke doodskleed af.
Dus laten we ons verenigen, laat onze stem horen,
In solidariteit zal onze macht worden aangewakkerd.
Want samen kunnen we de ketenen van de machtige hertog verbreken,
En maak een einde aan het lijden, de pijn.
Laten we sterk staan, laten we vechten voor ons recht,
Om te leven in een wereld waar gerechtigheid helder schijnt.
Met hoop in ons hart zullen we de macht van het gevecht onder ogen zien,
Hoeveel moeten er nog sterven? We zullen een einde maken aan deze benarde situatie!