De tekst suggereert dat de hoofdpersoon herinneringen ophaalt aan een belangrijke liefde uit het verleden en de samen gedeelde herinneringen. Ze halen herinneringen op aan de manier waarop ze zich voelden, de momenten die ze hadden en hoe speciaal hun band was.
Regels als "Ik zou voor altijd kunnen zien met jou aan mijn zijde" en "Ik heb nog nooit zo'n volledige liefde gekend" illustreren de diepte van de gevoelens van de hoofdpersoon en hun verlangen naar wat ze hadden.
Het refrein, dat de zinsnede 'We hoorden bij elkaar' herhaalt, benadrukt de kracht van de band en het gevoel van verlies dat de hoofdpersoon voelt nu die er niet meer is.
Over het geheel genomen spreekt het nummer over de bitterzoetheid van liefde en verlies en de universele menselijke ervaring van verlangen naar wat niet langer binnen handbereik is.