Vers 1:
In de zachte gloed van de schemering,
Waar hoop en dromen zachtjes stromen,
Er is een melodie, een ongehoord lied,
Gefluisterd door het diepste woord van het hart.
Koor:
God weet het, God kent al onze tranen,
Hij luistert naar ons stille gebed.
In Zijn wijsheid doorziet Hij ons,
God weet het, en Zijn liefde schijnt waar.
Vers 2:
Door de kronkelige, onzekere weg van het leven,
We struikelen, wankelen en worden oud.
Maar in Zijn armen vinden wij onze vrede,
Een toevluchtsoord waar onze problemen ophouden.
Koor:
God weet het, God kent elke traan van ons,
Hij luistert naar ons stille gebed.
In Zijn wijsheid doorziet Hij ons,
God weet het, en Zijn liefde schijnt waar.
Brug:
O, laten we vertrouwen op Zijn goddelijk plan,
Geef onze zorgen over, houd Zijn hand vast.
Want Hij kent ons pad, onze bestemming,
Ons leiden met Zijn genade, voor eeuwig.
Koor:
God weet het, God kent al onze tranen,
Hij luistert naar ons stille gebed.
In Zijn wijsheid doorziet Hij ons,
God weet het, en Zijn liefde schijnt waar.
Uit:
Dus laten we wandelen met geloof en hoop,
In Zijn belofte lopen wij voor altijd weg.
Want God weet het, Hij weet het altijd,
Zijn liefde, het eeuwige, onwrikbare lied.