Ze zeggen dat we jong zijn en dat we het niet weten
Maar we weten dat we verliefd zijn
We wandelen in dromen, in klavervelden
En al onze vrienden zien ons samen
En in onze ogen zien ze de toekomst
(Koor)
Zoon, ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Zoon, ik heb je, schat
(Vers 2)
De ochtendzon als deze in je ogen schijnt
En de maan en de sterren zijn zo helder dat ze je nachten vullen
En het enige dat ik zie zijn jij en ik samen
En zoals het vroeger was, en nog steeds zou kunnen zijn, maar
(Koor)
Zoon, ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Zoon, ik heb je, schat
(Brug)
Mijn liefste, als je denkt dat je liefde voor mij sterk is
En sterk genoeg om een berg te verzetten
Je weet zeker dat het sterk genoeg is
Als die berg voor jou beweegt
(Koor)
Zoon, ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Ik heb je, schat
Ooh, zoon, ik heb je, schat
(Outro)
Zoon, ik heb je, schat