In een wereld waar schaduwen vallen,
En duisternis lijkt alles te bedekken,
Daar staat een tempel, groots en hoog,
Met deuren die wachten op onze vreugdevolle oproep.
(Koor)
Open de poorten van de tempel,
Laten we binnenkomen met een onverzettelijke hoop,
In eenheid en liefde zoeken wij,
De aanwezigheid van het goddelijke uniek.
(Vers 2)
Met een oprecht hart stappen we naar binnen,
Waar heiligheid en vrede verblijven,
Door elk gangpad en heilige grond,
We vinden onze verbinding hemelsgebonden.
(Brug)
Het licht van de waarheid schijnt van boven,
Begeleid ons op onze reis van liefde,
Met dankbare harten komen wij te weten,
De wijsheid die de leringen schenken.
(Vers 3)
Samen zingen we in harmonie,
Stemmen verheffend tot de heilige Koning,
In melodieën van lof en ontzag,
Wij geven ons over aan de goddelijke wet.
(Koor)
Open de poorten van de tempel,
Laten we binnenkomen met een onverzettelijke hoop,
In eenheid en liefde zoeken wij,
De aanwezigheid van het goddelijke uniek.
(Outro)
Als we de omhelzing van de tempel verlaten,
Genade dragend met het tempo van onze voetstappen,
Wij beloven het licht van de waarheid te verspreiden,
Om Gods liefde en eeuwige jeugd te delen.