Mijn hart verkeert in een staat van wee,
Een gevoel dat ik niet los kan laten.
Want ik heb je alles gegeven,
En nu heb ik het gevoel dat ik tegen een muur loop.
[Voorrefrein]
Ik ben klaar om te geven,
Maar ik ben bang om te ontvangen.
Ik ben klaar om lief te hebben,
Maar ik ben bang om bedrogen te worden.
[Koor]
Dus hier ben ik,
Staande in de schaduw van mijn verleden.
Ik ben klaar om los te laten,
Maar ik weet gewoon niet hoe snel.
[Verse 2]
Ik ben het beu om alleen te zijn,
Van het gevoel dat ik er alleen voor sta.
Ik ben klaar om iemand te vinden om mijn leven mee te delen,
Maar ik ben bang om opnieuw gewond te raken.
[Voorrefrein]
Ik ben klaar om te geven,
Maar ik ben bang om te ontvangen.
Ik ben klaar om lief te hebben,
Maar ik ben bang om bedrogen te worden.
[Koor]
Dus hier ben ik,
Staande in de schaduw van mijn verleden.
Ik ben klaar om los te laten,
Maar ik weet gewoon niet hoe snel.
[Brug]
Ik weet dat ik zo niet kan blijven leven,
In een staat van angst en gelukzaligheid.
Ik moet een manier vinden om verder te gaan,
En vind de liefde waar ik naar verlang.
[Koor]
Dus hier ben ik,
Staande in de schaduw van mijn verleden.
Ik ben klaar om los te laten,
En eindelijk de liefde vinden die ik verdien.