Enkele voorbeelden van aleatorische rockmuziek zijn:
* John Cage's "Music of Changes" (1951), waarin toevallige bewerkingen worden gebruikt om de toonhoogte, duur en dynamiek van elke noot te bepalen.
* Terry Riley's "In C" (1964), dat bestaat uit een reeks van 53 korte muziekcellen, die in willekeurige volgorde kunnen worden gespeeld.
* "Dream House" van La Monte Young (1969), een meeslepende geluidsomgeving die wordt gecreëerd door meerdere versterkte drones op verschillende locaties in een kamer te plaatsen.
Aleatorische rockmuziek kan een uitdagend en onvoorspelbaar genre zijn, maar het kan ook zeer de moeite waard zijn. Door een element van willekeur te introduceren, maakt aleatorische muziek het creëren van nieuwe en onverwachte muzikale ervaringen mogelijk.