Melodische contouren kunnen in verschillende basisvormen worden ingedeeld:
1. Oplopende contour :De melodie beweegt zich voornamelijk van lagere naar hogere tonen, waardoor een gevoel van toenemende spanning of opwinding ontstaat.
2. Aflopende contour :De melodie beweegt van hogere naar lagere toonhoogtes, wat vaak een gevoel van ontspanning, vastberadenheid of kalmte overbrengt.
3. Stapsgewijze contour :De melodie beweegt in kleine, consistente intervallen (stappen), oplopend of aflopend. Hierdoor ontstaat een vloeiende, vloeiende melodische lijn.
4. Kromlijnige contour :De melodie beweegt in een gebogen vorm, met geleidelijke stijgingen en dalingen in toonhoogte, waardoor vaak een gevoel van expressiviteit of lyriek ontstaat.
5. Golvende contour :De melodie wisselt stijgende en dalende toonhoogtes af in een golfachtig patroon, waardoor een gevoel van instabiliteit of onzekerheid ontstaat.
6. Gebogen contour :De melodie stijgt naar een hoogtepunt en daalt vervolgens symmetrisch af, waardoor een gevoel van evenwicht en resolutie ontstaat.
7. Terrassencontour :De melodie beweegt in duidelijke, vlakke segmenten, waardoor een gevoel van stabiliteit of eenvoud ontstaat.
8. Herhaalde contour :De melodie herhaalt een specifieke toonhoogte of melodische frase meerdere keren, waardoor een gevoel van nadruk of herhaling ontstaat.
De melodische contouren van een muziekstuk zijn nauw verbonden met de emotionele expressie en muzikale betekenis ervan. Een stijgende contour kan bijvoorbeeld een gevoel van verwachting of urgentie creëren, terwijl een dalende contour een gevoel van ontspanning of vastberadenheid kan overbrengen. Componisten en muzikanten gebruiken bewust melodische contouren om de emotionele impact van hun composities vorm te geven.
Het analyseren van melodische contouren is een belangrijk aspect van muziektheorie en compositie, waardoor muzikanten en luisteraars de nuances en expressieve kwaliteiten van melodieën in verschillende muziekstijlen kunnen begrijpen en waarderen.