* Definitie: Een toneelstuk dat bedoeld is om het publiek aan het lachen te maken.
* Voorbeelden: William Shakespeare's _A Midsummer Night's Dream_, Aristophanes' _The Clouds_, en George Bernard Shaw's _Pygmalion_.
Tragedie
* Definitie: Een stuk dat zich kenmerkt door ernstige en sombere gebeurtenissen en vaak eindigt met de dood van de hoofdpersoon.
* Voorbeelden: Romeo en Julia van William Shakespeare, Oedipus de Koning van Sophocles en Death of a Salesman van Arthur Miller.
Geschiedenis
* Definitie: Een toneelstuk dat gebaseerd is op echte historische gebeurtenissen of figuren.
* Voorbeelden: Henry V van William Shakespeare, Mother Courage and Her Children van Bertolt Brecht en A Man for All Seasons van Robert Bolt.
Muziek
* Definitie: Een toneelstuk met muziek, zang en dans.
* Voorbeelden: Jesus Christ Superstar van Andrew Lloyd Webber en Tim Rice, Porgy and Bess van George Gershwin en Ira Gershwin en Sweeney Todd van Stephen Sondheim.
Drama
* Definitie: Een stuk dat serieus van toon is en belangrijke sociale of morele kwesties behandelt.
* Voorbeelden: The Crucible van Arthur Miller, A Streetcar Named Desire van Tennessee Williams en A Doll's House van Henrik Ibsen.
Farce
* Definitie: Een luchtige en overdreven komedie vol fysieke humor en slapstick.
* Voorbeelden: Tartuffe van Molière, A Flea in Her Ear van Georges Feydeau en The Servant of Two Masters van Carlo Goldoni.
Melodrama
* Definitie: Een stuk dat zich kenmerkt door overdreven emoties, sensationele plotwendingen en een duidelijke scheiding tussen goed en kwaad.
* Voorbeelden: The Poor of New York van Dion Boucicault, Black-Eyed Susan van Douglas Jerrold en The Spanish Wives van Mary Pix.